Zuurstofschoon? Oxygenclean? | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
The main article is in Dutch, but at the end there is an English section. | updated 26 may 2010 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Indien de flessen worden gebruikt in een omgeving waar geen zekerheid bestaat over de kwaliteit van de ademlucht kan een zogenaamd triplexfilter worden toegepast voor het persoonlijk filter.
Dit type filter is er in een bijzonder groot aantal soorten en varieert zeer sterk in prijs. Hierover kunt het beste terecht bij een fabrikant van ademlucht-compressoren of een bedrijf gespecialiseerd in filters voor ademlucht. Voor het vaststellen van de verontreinigingen zijn speciale meetsystemen te koop. Hiermee kan op elke belangrijke component worden getest. Tevens kan ook een test worden uitgevoerd door een luchtmonster naar een laboratorium te sturen voor analyse. Aan welke eisen moet worden voldaan om modified Grade J te maken ?Hoe weet je nu als duiker wanneer een filter, of een vulstation voldoet aan de kwaliteitseisen? Eenvoudig, dat weet je vrijwel nooit 100% zeker. Het enige wat je kan doen is de vulstation beheerder vragen naar de kwaliteits toestand van zijn filters. Als deze in goede staat verkeren, het geheel er netjes en verzorgt uitziet, er een urenteller en filterregistratie wordt bijgehouden, dan mag je er voorzichtig van uit gaan dat de kwaliteit waarschijnlijk goed zal zijn. Goed houdt in dat de lucht voldoet aan de kwaliteit zoals beschreven in NEN-EN 12021. Nu zal echter het persoonlijk filter nodig zijn om je flessen in zuurstof service te houden. Hier komt echter het probleem. Er zijn helaas weinig fabrikanten die gedetailleerd melden wat hun persoonlijk filter nu echt filtert. Het is uiteraard essentieel dit te weten omdat het anders volstrekt zinloos is om zo’n filter te plaatsen. Een redelijk aantal filters op de markt worden verkocht onder de naam persoonlijk filter maar zijn voor een geheel andere toepassing ontworpen. Namelijk om de lucht van vuil naar NEN-EN 12021 te filteren. De lucht uit dit type filter is dus volkomen ongeschikt voor zuurstofservice. Het persoonlijk filter moet voldoen aan de eisen zoals hieronder is weergeven in de kolom IANTD.(’98). De
grote verwarring; In
Nederland geldt als kwaliteits eis voor ademlucht de nieuwe Europese
norm voor ademlucht NEN-EN 12021. Deze
norm was voor de eenwording de DIN 3188. De Duitse industrienorm
Din 3188 is niet dezelfde norm. In de NEN-EN 12021 zijn andere
waarden geldig en wijkt op een aantal punten af. Nu geldt de Din 3188 in
Nederland niet meer. In
Engeland geldt de BS 4001 en in Amerika de kwalificatie Grade E (97’). Deze normen hebben betrekking op ademlucht en dus niet op lucht die
gebruikt wordt in zuurstofservice apparatuur of voor het vermengen met
zuurstof (PPB). Lucht
die gebruikt wordt in apparatuur in zuurstof service of die gebruikt
wordt voor het mengen met andere gassen dient te voldoen aan de norm
voor OCA (oxygen compatible gas). Er wordt vaak gesproken over de
kwaliteitseis Grade J waaraan deze lucht zou moeten
voldoen. Dit is onjuist. De juiste kwaliteits eis is door de
IANTD en de ANDI (American Nitrox Divers International) vastgesteld en
vermeld in onderstaande tabel. De kwaliteit lucht is niet
genormaliseerd in een wettelijke beschrijving. Grade J geldt niet omdat
het fysisch onmogelijk is om in een vulstation te voldoen aan de eis
(voor Grade J) maximaal toelaatbaar niveau CO2 van 0.5 ppm
(0,000005%). Een nog veel groter probleem met de kwalificatie Grade J is dat er geen enkele norm voor de gecondenseerde koolwaterstoffen (olie)
is gespecificeerd. Hierdoor kan Grade J lucht een groot gevaar vormen
voor het PPB. Om
deze reden hebben eerder genoemde instituten de norm t.a.v. de gecondenseerde koolwaterstoffen specifiek genoemd en deze ligt beduidend
lager dan bij normale ademlucht volgens Grade E of NEN-EN 12021.
(E=5mg/m3 IANTD =0,1 mg/m3). Het
aandeel Koolmonoxide is voor OCA teruggebracht
naar maximaal 2 ppm. ANDI
gaat nog een stapje verder en eist een vochtgehalte ≤ 128 ppm en
een analyse op fijne deeltjes welke niet groter mogen zijn dan 2 micron
doorsnede. Wij zullen ons echter houden aan de normen zoals gesteld door
de IANTD. Meest gebruikte kwaliteitsnorm voor SCBA (self
containing breathing apparatus) en ademlucht toegepast in de
luchtvaart.(SCBA, denk aan volgelaatsmaskers en toepassingen voor de
brandweer, adembescherming)
Gangbare
kwaliteitsnormen voor ademlucht duiktoepassingen.
(1)
Niet nodig bij synthetische lucht geproduceerd uit vloeibare zuurstof en
stikstof (2)
Niet noodzakelijk voor synthetische lucht als de samenstellende
componenten vooraf zijn geanalyseerd en voldoen aan de standaards
National Formulary (USA) (3)
Het water aandeel mag variëren afhankelijk van de toepassing. Voor
toepassing met SCBA in een extreem koude omgeving dient het dauwpunt
niet boven –53 ° C te liggen (24ppm) of 10 ° F onder de koudste te
verwachten temperatuur. (4)
Niet nodig bij synthetische lucht geproduceerd uit vloeibare zuurstof en
stikstof (5)
De afkorting atm (atmosferisch) heeft betrekking op het zuurstof gehalte
in normale natuurlijke lucht. De getal waarde hebben betrekking op
samengestelde synthetische lucht (6)
Het meten van geur is suggestief. Lucht mag iets ruiken, echter een
duidelijk waarneembare geur vergt verder onderzoek. Gangbare
kwaliteitsnormen voor ademlucht duiktoepassingen.
*This European Standard (NEN_EN 12021) does not apply to compressed air used for medical purposes, for underwater breathing apparatus specially designed to be used for diving in water and other fluids when the hydrostatic pressure exceeds 6 bar absolute or for breathing apparatus designed for use at high altitudes. **(NEN_EN 12021) Air for
compressed air line breathing apparatus shall have a dewpoint
sufficiently low to prevent condensation and freezing. Where the
apparatus is used and stored at a known temperature the pressure
dewpoint shall be at least 5 degrC
below the likely lowest temperature. Where the conditions of usage and
storage of the compressed air supply is not known the pressure dewpoint
shall not exceed -11 degr.
C. Bereken dan het dauwpunt met http://www.weerschip.nl/calc_Td.php
Deze cellen hebben betrekking op de voor ons in
Nederland geldende normen of referenties. Achtergrondinformatie over de verontreinigende
componenten in ademlucht. Perslucht kent vele toepassingen onder meer voor ademlucht voor duikers. Deze tekst informeert U nader welke tests noodzakelijk zijn voor het vaststellen van de kwaliteit van ademlucht. Samenstelling van lucht; Schone, natuurlijke lucht is een reukloos, kleurloos gasmengsel. Naast het waterdamp (H2O) bestanddeel (met een grote variatie in concentratie), bestaat lucht uit Stikstof (N2)78,09% Zuurstof (O2) 20,95% en Argon (Ar) 0,93%, tezamen 99,97%. Een belangrijk deel van de resterende componenten bestaat uit Kooldioxide (CO2)0,03% (300ppm). De resterende gassen zijn Methaan (CH4)0,000002% (2ppm) en minder dan 0,0001% (1ppm)overige gassen bestaande uit Waterstof (H2), Stikstofdioxide (N2O), Ozon (O3) en enige edelgassen. Voor ademlucht wordt ook wel eens synthetische lucht gebruikt. Deze wordt samengesteld door de zuivere componenten zuurstof en stikstof te blenden. Testen en Standaards. In Europa wordt gebruik gemaakt van de NEN-EN 12021, daarvoor DIN 3188. Hierin wordt voorgeschreven dat ademlucht minimaal dient te voldoen aan de in de tabel voorgeschreven waarden Tevens geldt dat er elke 3 maanden een test dient te worden uitgevoerd om vast te stellen dat de ademlucht nog steeds aan de norm voldoet. Verontreinigende bronnen; Industriële emissie, uitlaatgassen, verbrandingsgassen van verwarmingsbronnen en locale milieu factoren kunnen de kwaliteit van de aangezogen lucht enorm beïnvloeden. De compressor zelf, achterstallig onderhoud, slechte smering, verbrande olie zijn ook allen bronnen voor verontreinigingen in de ademlucht. Deze verontreinigingen kunnen alle neerslaan op de wand van de duikcilinder of als damp of aërosol in de samengeperste lucht aanwezig zijn. Koolmonoxide verontreiniging; CO (een kleurloos, geurloos gas) staat bekend als de meest geduchte vervuilende component. Hoofdpijn, duizeligheid en de dood komen voor door blootstelling aan te hoge concentraties koolmonoxide. Hogedruk compressoren worden soms uitgerust met een ‘catalyst’ welke koolmonoxide omzet in het veel minder giftige kooldioxide. De kwalificatie Grade E schrijft een concentratie van maximaal 10 ppm CO voor(0,001%). Bij een goed werkende compressor installatie met afdoende filtering zal de concentratie over het algemeen beneden de 1 ppm liggen (0,0001%). Gemeten waarden van 1-2.5 ppm liggen boven normale waarden en geven aanleiding tot het verder onderzoeken van de oorzaak.
Koolstofdioxide Normale CO2 niveaus in de buitenlucht (200 – 400ppm) of binnen (500 – 2.500ppm) worden niet als giftig beschouwd. Echter perslucht met CO2 op niveaus die binnen gelden, kunnen voor ademlucht of duiklucht voor problemen zorgen. Sommige compressoren zijn uitgerust met CO2 filters om het aandeel CO2 te verkleinen. Lucht van de kwaliteit Grade E heeft CO2 concentratie van maximaal 500 ppm. Hoge waarden CO2 in duikcilinders kunnen leiden tot symptomen die lijken op die van koolmonoxide vergiftiging. Daarnaast veroorzaakt CO2 een verhoogde ademfrequentie. De te hoge concentratie CO2 is een veel voorkomende oorzaak waarom ademlucht niet aan de standaards voldoet. Zuurstof. De concentratie zuurstof in de ademlucht dient binnen een nauwkeurige tolerantie te vallen. NEN-EN 12021 schrijft voor dat het zuurstofpercentage 21% bedraagt, met een tolerantie van 2%. De meeste tests van gecomprimeerde natuurlijke lucht geven een uitkomst van 21% +/- 0.5%. De aangegeven zuurstof niveaus worden weergegeven in “% naar volume” (%v/v)=mol%(ideaal gas) Koolwaterstofbestanddelen (THC als methaan) Letterlijk duizenden soorten organische gassen en dampen kunnen zich in lucht bevinden. Gevaarlijke organische dampen en gassen kunnen zowel door de mens zijn gemaakt als natuurlijk voorkomen. Een gemeenschappelijke eigenschap is dat zij altijd een waterstof (H) en een koolstof (C) atoom bevatten. Omdat het praktisch onuitvoerbaar is al deze organische stoffen te meten worden de gezamenlijke organische stoffen gemeten als groep en beschreven als THC ‘total hydrocarbon content’. Het meetinstrument voor het vast stellen van de THC concentratie meet de totale concentratie aan waterstof en koolstof moleculen in het te testen gas. Omdat methaangas wordt gebruikt om dergelijke meetinstrumenten te kalibreren wordt de concentratie THC uitgedrukt in “ppm v/v as methane” eenheden. Voor lucht met het kenmerk Grade E geldt een maximale THC concentratie van 25 ppm. Normale schone natuurlijke lucht heeft een concentratie van minder dan 1 ppm THC. THC waarden voor gecomprimeerde lucht boven 5 ppm zijn abnormaal en vragen verder onderzoek naar de oorzaak van deze waarden. Hogedruk compressoren zijn over het algemeen uitgerust met geurfilters (actief kool) die de meeste organische stoffen verwijderen. Een hoge THC waarde zou bijvoorbeeld kunnen betekenen dat het actief kool filter verzadigd is en/of de aanwezigheid van oliedamp of olienevel. Olie en verontreinigende deeltjes. Hogedrukcompressoren gebruiken altijd een soort smeermiddel. De meeste compressoren gebruiken echter synthetische of minerale olie. Zelfs met reuk, olie en deeltjes filters, is het voor olie mogelijk, als gevolg van een mechanische onvolkomenheid of slecht onderhoud, om de perslucht te verontreinigen. Het op juiste wijze vaststellen van de concentratie oliesporen of nevel is bijzonder moeilijk omdat de olie niet homogeen wordt gemengd met de perslucht. Het kan neerslaan of condenseren op de fleswand of in de ademautomaat. Het weer vrijkomen kan plaatsvinden op ongeschikte momenten als de omstandigheden hiervoor ideaal zijn. Een juiste meting kan slechts worden verricht door een zeker aantal liters door een filter te laten stromen. De concentratie bestaat uit het totale gewicht van olie en verontreinigende deeltjes die in een laboratorium kunnen worden gewogen. Als alleen de concentratie van oliemist en damp moet worden gemeten kan dit met een olietest buisje worden uitgevoerd. Hiervoor wordt een meetbuisje aan een nauwkeurige pomp gehangen en geeft de testbuis de oliedampconcentratie weer als eenheid van het volume uitgedrukt in mg/m³ (=ppm w/v). Lucht met de kwalificatie NEN-EN 12021 mag maximaal aan oliedamp en nevel 0,5 ppm w/v bevatten. De meting vindt plaats bij een omgevingstemperatuur van 20 ° C bij 101 kPa absoluut. Gemeten olieniveaus boven 0,1 – 0,3 mg/m³ zijn abnormaal en behoeven verder onderzoek. Wateraandeel (H2O) en Dauwpunt. Het dauwpunt is de temperatuur waarbij waterdamp condenseert uit lucht. Deze temperatuurswaarde varieert met de verzadigingsgraad van water in de lucht zit en met de druk. De waterdamp concentratie in aanzuiglucht varieert van zeer verzadigd tot droog. Saturatie waarden hebben een laag percentuele waarde. Als voorbeeld; lucht van 20 ° C kan 2,3% waterdamp bevatten (23.100 ppm v/v = 34 mg/L). Bij 40 ° C ligt deze waarde op 6,8% (68.400 ppm v/v = 51 mg/L). De hoeveelheid waterdamp in ademlucht hangt samen met op welke hoogte de lucht wordt aangezogen en met de filter efficiëntie. Ademlucht dient voldoende droog te zijn om storingen van de apparatuur te voorkomen. Storingen kunnen zich uiten door blokkades van de luchttoevoer als gevolg van condensatie of bevriezen van ademapparatuur als gevolg van ijsvorming. Een hoog aandeel aan water benadeeld ook de werking van een eventueel CATALYST filter (een filter om CO in CO2 om te zetten). Aan de kwalificatie Grade E wordt geen minimale of maximale waarde H2O verbonden. Voor ademlucht NEN-EN 12021 geldt een maximaal toelaatbare waarde van 25 mg/m3 (25ppm). Geurstoffen. Schone lucht heeft geen enkele geur. De meeste compressoren hebben filters om geuren uit te filteren. De Grade E kwalificatie schrijft voor dat er aan ademlucht geen waarneembare geur mag zitten.De NEN-EN 12021 spreekt over een niet significant waarneembare geur. Omdat de waarneming van geur subjectief is, is deze kwalificatie niet erg betrouwbaar. In de meeste gevallen is de aanwezigheid van een duidelijk waarneembare geur geheel onacceptabel. Voor de beoordeling van een bijzonder lichte reuk is ervaring van belang hier een oordeel over te vellen. Veelal is de aanwezigheid van een lichte reuk aanleiding tot nader onderzoek naar de oorzaak. Tot slot: Als je duikflessen gebruikt voor het PPB systeem, zorg er dan voor dat je de risico’s tot een absoluut minimum beperkt. Bij twijfel moet je gewoon niet vullen. Geloof niet in allerlei indianen verhalen van wie dan ook, de normen en adviezen van IANTD/ANDI zijn er niet voor niets. Voor het geval je twijfelt over de risico’s die aan het gebruik van zuurstof onder hoge druk zijn verbonden adviseer ik je maar even het internet te zoeken naar explosies van duikcilinders, industriële ongevallen met zuurstof, zuurstof branden in deco-tanks. Gebruik bij twijfel een triplex voorfilter samen met een persoonlijk filter geschikt voor filtering van de kwaliteit NEN-EN 12021 – naar Lucht met de kwaliteit zoals beschreven in de IANTD standaard. In literatuur wordt de ANDI en IANTD kwaliteit ook
wel eens “modified Grade E” genoemd.
J.W.
Bech December 2001 Bronnen:
Aanvullende documenten. |
|
The CGA Grade "E" quality verification level has become the specification most widely referenced for sport diving. CGA Grade "E" is generally considered to be the absolute minimum acceptable breathing gas quality for SCUBA diving, and many consider it to be too liberal. Filling an "Oxygen Clean" cylinder with CGA Grade "E" will introduce hydrocarbon contamination such that the cylinder is no longer considered O2 clean and may not be used for partial-pressure blending.
|
|
example of official test using CGA G-7.1-2004 Grade E(2) test conform IANTD and ANDI
|
|
For working with compressed air and high pressure oxygen
in partial pressure blending, the air should have lower levels or equal
to when stated: |
|
Carbon Dioxide (CO2) -- CO2 levels in Air up to 10,000 ppm are not considered hazardous. However, compressed breathing gas with CO2 levels that are at the high end of this range can create problems while SCUBA diving. High CO2 levels in SCUBA diving can produce many of the milder symptoms of Carbon Monoxide poisoning, such as headaches and dizziness. In addition, high CO2 levels increase breathing rates and increase gas consumption during diving.
|
|
Carbon Monoxide (CO) -- CO, a colourless, odourless gas, ranks as the most dangerous compressed breathing gas contaminant. Headaches, dizziness, unconsciousness, or death can occur from exposure to even slightly elevated CO levels.
|
|
Oil (condensable hydrocarbon mist/ vapour ) and Particulate Matter -- Inhaling hydrocarbon based oils from improperly maintained oil lubricated compressors can cause a serious inflammation of the lungs, known as lipoid pneumonia. Inhaling very fine particulate matter has been associated with respiratory and cardiac problems, infections and asthma attacks. Particulates also clog inlet filters of SCUBA regulator first stages, causing poor performance and increased breathing effort. The build up of oils and particulates in a SCUBA cylinder can provide the fuel and source of ignition for combustion inside the cylinder during filling, introducing the possibility of severe contamination. Fill Express uses a food-grade synthetic lubricant which eliminates many of the health and safety concerns of oil lubricated compressors. Regardless of the type of lubricant, even with various filters, it is still possible for lubrication or fine particulates to be present in the compressed gases. These contaminants can condense on storage bank walls and in gas lines. Re-introduction into the gas flow stream from build up in storage banks can then occur at a later time. Sampling procedures involve connecting a filter assembly to a fill whip at our fill station and passing a known amount of a large volume of gas through a pre-weighed filter. The total weight of material trapped is then measured.
|
|
Odour -- Because the sensory response of the human nose is highly variable and extremely sensitive to certain odours, evaluation of odour is highly subjective. Very clean breathing gases will sometimes be said to have an odour, when actually the smell of the sample is merely "different" than the ambient odours of the surrounding environment. Although not harmful, the presence of a pronounced odour in a breathing gas is unsatisfactory. Rarely, a individual will report that a fill has a slight odour. Customers with a very sensitive nose may sense what some describe as a slight "fresh", "sweet", or "pine" odour. Experts have attributed this to components of oxygen compatible food grade lubricants used in compressors and used in lubricating the neck threads of cylinders and valves during assembly following visual inspections.
|
Total Volatile Hydrocarbon Content -- Breathing hydrocarbons can interfere with oxygen intake, and short-term exposures are associated with mucus membrane irritation, nausea, vomiting, diarrheal, and confusion. Several thousand types of organic gases and vapours can potentially be present in Air. Volatile organic contaminants can be manmade (e.g., gasoline vapour, exhaust fumes, cleaning solvents) or from natural biological activities (e.g., methane from organic decay). Because it is impractical to measure each type of organic contaminant present, they are measured as a group described as a Total Volatile Hydrocarbon Content (TVHC).
|
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Webshop | mail: jw.bech@quicknet.nl | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||